Zoete Wraak.

Boekverslag Zoete Wraak:
- Zakelijke gegevens:
- De titel van het boek is Zoete wraak, het boek heeft ondertitel.
- De naam van de schrijvers zijn Guy Didelez en Joke de Vloed.
- Het boek is uitgegeven door Manteau in 2008 en het heeft 156 bladzijden.
- Samenvatting:
Het schooljaar is al bijna halverwege als onder de les Nederlands op de deur word geklopt. De directeur komt binnen, achter hem loopt een bizar meisje met een lijkbleek gezicht en met zwarte kleren aan. “Dit is Hester van Gool”, legde de directeur uit.
Hester loopt het lokaal binnen en ging op een lege stoel zitten. De klas was er stil van, een gothic wat moet die hier? De les Nederlands werd herpakt. De meester vertelde dat er een stagiair kwam Olaf genaamd. In de komende lessen Nederlands moest er gewerkt worden aan een toneelstuk zoals elk jaar op die school. In de klas zit Stefanie zei de gene met de meeste macht in de klas niemand spreekt haar tegen.
Olaf moest de volgende les de rollen verdelen. Hij gaf enkele lees beurten aan verschillende meisjes in de klas. Zo ook bij Hester, Olaf voelde meteen dat er iets raars met haar was en gaf haar meer aandacht dan Stefanie, een grote fout. Het volgende uur stond biologie op het programma, in die les werd er een konijn ontleed.
Toen mevrouw Meas het konijn wilde open snijden greep Hester in, ze probeerde het mes los te trekken maar tevergeefs. Hester is zo boos dat ze wegloop van school en naar huis gaat. Haar moeder had zelfmoord gepleegd, dat was voor haar vader moeilijk te verwerken hij begon met drinken. Hester zelf vond troost bij haar rat Maarten. Hester schreef ook in haar dagboek om haar problemen af te wenden.
Bij de bekendmaking van de rolverdeling krijgt Hester tegen alle verwachtingen in de hoofdrol, wat zei te danken heeft aan Olaf die zich niet laat misleiden door Stefanie. Stefanie pikt het niet en gaat samen met twee jongens uit de klas kijken bij haar huis wat ook wel bekend stond als spookhuis. Bij het huis zien ze Hester samen met haar rat. Geschrokken rijden ze terug naar huis.
De volgende dag heeft Stefanie het dagboek van Hester uit haar tas gehaald. Na school las ze het dagboek door. Ze ontdekte dat haar moeder dood is en ze een rat als vriend heeft. Om eens flink wraak te nemen besloot ze samen met haar twee vrienden de rat van Hester te doden.
Aangekomen bij het huis van Hester is er niemand thuis haar vader was in het bos en Hester was nog onderweg van school naar huis. In het dagboek stond dat de achterdeur nooit op slot was. Binnen werd de rat uit de kooi gehaald en vakkundig om het leven geholpen. Stefanie’s vrienden spijkerden de rat aan de voordeur en sneden de rat open.
Als Hester thuis komt ziet ze dat er iets op de voordeur zit gespijkerd, haar rat. Ze weet niet wat ze moet doen en gaat naar binnen, de deur van haar vaders kamer zit op slot en er ligt bloed voor… het zou toch niet. Ze loopt naar buiten het bos in. Radeloos loopt ze rond wat moest ze doen? Het begon te regenen en Hester werd kledder nat. Ze besloot om naar het dorp te lopen.
Daar komt ze Olaf de stagiair tegen. Olaf vroeg aan haar wat er gebeurd was. Hester was zo overstuur dat ze haar verhaal niet duidelijk kon maken. Olaf nam haar mee naar zijn huis om een dokter te laten komen. Midden in de nacht word Hester wakker in Olaf zijn bed. Ze legde het verhaal nu wel duidelijk uit aan Olaf. Olaf was met Hester naar haar huis gereden. Daar aangekomen probeerde Olaf de deur van haar vaders kamer open te krijgen. Eenmaal in de kamer van haar vader zagen ze behalve lege flessen wijn, in de hoek van de kamer haar vader zitten. Hester’s vader was stom dronken en wist niet wat er gebeurde. Het bloed kwam van zijn armen. In de andere hoek van de kamer stond een bal van dorenstruiken. Een kunstwerk wat haar vader had gemaakt om de dood van haar moeder te verwerken. Het stelde het leven van haar moeder voor, een leven met vele tegenslagen.
De volgende morgen stond haar vader in de keuken om een ontbijt te maken iets wat hij al heel lang had beloofd. Samen konden ze praten over het verlies van haar moeder een hele opluchting voor Hester want haar rat was er ook niet meer.
De lessen Nederlands werden steeds leuker en dat werd het contact met Olaf ook. Bij de repetities van het toneelstuk speelde Olaf de tegenspeler van Hester om te oefenen. Maar daar beef het niet bij. De directeur stuurde Olaf van school, maar dat vond hij niet erg. Hij kon nu bij Hester zijn.
- Over de auteur.
Guy Didelez, geboren in Merksem op 23 juni 1952, is een Vlaamse schrijver van jeugdverhalen, toneel en scenario’s. Hij werkt ook voor de toneeluitgeverij de Scriptomanen.
Over Joke de Vloed is heel weinig te vinden het enigste wat ik kan achterhalen is dat zei 3 boeken heeft geschreven.
- Over het boek.
- Op de voorkant van het boek staat een afbeelding van een gezicht van een meisje met zwarte haren, het is erg aannemelijk dat dit Hester moet voorstellen.
- Het boek is aan niemand opgedragen.
- In het boek zijn er twee belangrijke plaatsen: de school en het huis waar Hester woont. De school is waar het probleem begint, het huis waar Hester woont maakt het plaatje compleet omdat Hester een gothic is. Het huis ligt in een donker bos het huis staat in de omgeving bekend als “spookhuis”.
- Uit het blijkt hoe een mens het verlies van een dierbare kan verwerken. De ene persoon verwerkt het niet zoals de andere persoon. Hester verwerkt het door zich apart te kleden en door een rat als vriend te hebben verder praat ze met niemand over haar verlies. Het is dus belangrijk dat iemand hulp krijgt bij het verwerken van het verlies van een dierbare.
- Het verhaal heeft een open einde, je weet niet hoe het op school gaat, of ze bij Olaf blijft, wat haar vader doet enz.
- leeservaringen.
Het onderwerp van het verhaal sprak aan omdat het onderwerp mij erg boeit. Het verhaal heeft mij zeker nieuwe kanten van het verhaal laten zien, daar door zet het verhaal je ook aan het denken. Mijn verwachting van het verhaal is deels uitgekomen want je weet nooit zeker of het verhaal zo gaat als jij denkt. Het onderwerp is niet zo voorspelbaar als het lijkt omdat het niet grondig word uitgewerkt.
In het verhaal gebeurt genoeg, en er zit ook genoeg tempo in. Het verhaal gaat vooral om de gedachten van personen, omdat ze niet met elkaar praten en dus gaan denken wat je van elkaar vinden. De gebeurtenissen in het verhaal zijn waarschijnlijk, maar voor mij niet herkenbaar. De gebeurtenissen zijn soms erg verassend zoals hoe Hester met haar rat omgaat. Ik heb zelf nog nooit iets meegemaakt wat hier op lijkt en dat wil ik heel graag zo houden.
De hoofd persoon is iemand die voor je gaat leven al snap je haar beslissingen niet altijd even goed. Ik zou niet op haar willen lijken en ook niet op haar gedachten wereld. Het gedrag van de hoofdpersoon heeft mij aan het denken gezet omdat sommige mensen het verwerkingsproces van een overleden dierbare zelf niet kunnen verwerken, er geen hulp bij krijgen. De beslissingen van de personages lijken erg raar maar later in het boek leer je hun denkbeelden te begrijpen.
In het verhaal volgen de gebeurtenissen elkaar logisch op. In het verhaal werkt ook een bepaalde spanning die ervoor zorgt dat het verhaal ook echt spannend blijft. Het verhaal heeft geen ingewikkelde opbouw en het bevat geen tijdsprongen. Het verhaal heeft een raar slot, het geeft een beetje het idee dat de schrijver er op het laatst geen zin meer in had.
Het verhaal is makkelijk te lezen maar het bevat wel moeilijke woorden. Het verhaal bevat beschrijvingen en gesprekken maar dit heeft geen gevolgen voor het leestempo.
- Verwerkingsopdracht.
Zoek achtergrond informatie van de schrijvers van het boek. Zorg voor twee bronnen. Schrijf op wat volgens de informatie de kenmerken zijn van de schrijvers. Ga na of die kenmerken terug komen in het verhaal.
Bron 1. http://nl.wikipedia.org/wiki/Guy_Didelez
Didelez droomde er in het eerste leerjaar van om brandweerman te worden. In het tweede jaar zag hij in dat hij maar beter schrijver kon worden en zette zich aan het schrijven van een boek. Dat bleek niet zo eenvoudig te zijn, maar Didelez liet de moed niet zakken en besloot later om leraar Nederlands te worden. Op die manier kon hij toch veel met taal bezig zijn. Tijdens zijn legerdienst slaagde hij er in om een boek te voleindigen, maar pas jaren later werd zijn droom verwezenlijkt: uitgeverij Heideland-Orbis gaf zijn verhalenbundel Moordende verhalen uit. Zijn goede en vooral minder goede ervaringen met uitgeverijen zou Didelez later bundelen in het Zwartboek uitgeverijen. Van het schrijven voor volwassenen had Didelez even zijn bekomst. Op aanraden van zijn jeugdvriend en collega-schrijver Patrick Bernauw begon hij jeugdboeken, toneel, hoorspelen en scenario's te schrijven. Dat bleek een goede keuze te zijn. In 1988 werd zijn jeugdboek Raspoetin bekroond met Trofee van de Grote Jury voor het beste Vlaamse misdaadverhaal.
Met het collectiefPlots (Didelez, Bernauw en Freek Neirynck) bewerkte hij zelfs twee boeken - Raspoetin en De schat van Orval - tot een langspeelfilm, waarvoor echter nog geen producent gevonden werd. Verder bleef hij ook heel actief voor televisie en toneel.
In 1995 besloot Didelez om zijn job als leraar op te geven om zich helemaal aan het schrijven te kunnen wijden. Hij behoudt nog wel het contact met de kinderen door zijn schoollezingen voor basis- en secundair onderwijs.
Didelez huwde in 1976 met Mieke Huysmans en heeft samen met haar drie kinderen: Bram en de tweeling Peter en Bart.
In het verhaal komt duidelijk het verleden van Guy naar voren. In het verhaal zit een leraar en het gaat over leerlingen. De leraren in het boek hebben opmerkingen zoals echte leraren dat ook hebben. De leerlingen in het boek hebben ook kenmerken zoals ze dat in het echt ook hebben.
Bron 2: http://www.guydidelez.be/index.php?option=com_content&view=article&id=52&Itemid=13
Guy werd op 23 juni 1952 geboren in Merksem, een randgemeente van Antwerpen, waar hij nog altijd woont. Hij was de jongste van drie kinderen. Met twee oudere dochters was zijn vader best tevreden dat de naam Didelez, die je maar zelden hoort, door de geboorte van dat mannelijke nazaat(d)je nog niet dadelijk met uitsterven bedreigd was.
Guy liep school in een volksschooltje in de buurt. In het eerste leerjaar twijfelde hij wat hij zou worden: brandweerman of schrijver. In het tweede leerjaar was de keuze vrij vlug gemaakt. Tussen die bonken van brandweermannen zou hij in het niets verzinken. Hij zou het dus maar bij schrijver houden.
Daarom begon hij in het tweede leerjaar aan een boek dat nooit afgeraakte. Zo’n patat van 100 bladzijden schrijven, bleek heel wat moeilijker dan de opstelletjes die hij voor de leraar verzon. Omdat hij later toch ook een inkomen moest hebben (hij bleef vanaf dat ogenblik dapper verder schrijven, maar slaagde er voorlopig niet in iets te publiceren) besloot hij voor leraar Nederlands te studeren. In die periode leerde hij ook Mieke kennen, waarmee hij ondertussen meer dan 30 jaar getrouwd is.
Tijdens zijn legerdienst slaagde hij erin zijn eerste boek te voleindigen. Dan volgde de ontgoocheling. Alle uitgevers weigerden het en Guy besloot met schrijven te stoppen. Maar toen hij een paar jaar later voor zijn drie zonen kinderversjes voorlas, begon het opnieuw te kriebelen. Hij schreef zelf een bundeltje kinderversjes bij elkaar, kopieerde het op tien exemplaren en stuurde het naar evenveel uitgeverijen. Het enige resultaat was dat de tien gefotokopieerde exemplaren na verloop van tijd allemaal op de uitgeverijen verloren waren gegaan, zodat hij verplicht was een nieuwe reeks te laten ‘fabriceren’. Die nieuwe lading bracht hem ook al geen geluk. Als hij al een antwoord kreeg, was dat steevast een weigering. Het werd hem dus al snel duidelijk dat een boek uitgeven helemaal zo simpel niet was…
Intussen was hij ook met een bundel verhalen voor volwassenen van start gegaan. Die bundel ‘Moordende Verhalen’ werd wel aanvaard. Uitgeverij Heideland-Orbis bracht hem op de markt. De persreacties waren best behoorlijk, de bundel behaalde een vierde druk en even leek het erop dat Guy als schrijver echt gestart was.
Niets was minder waar: Uitgeverij Heideland-Orbis werd immers opgedoekt en Guy stond als schrijver op straat. Zijn nieuwe manuscript stuurde hij naar zowat alle andere uitgeverijen. Net als bij zijn kindergedichten reageerden heel wat onder hen positief, maar toch weigerden ze stuk voor stuk het manuscript uit te geven. Het ging van kwaad naar erger en Guy dacht in alle eerlijkheid dat het onmogelijk was om in Vlaanderen een boek te publiceren.
Uiteindelijk zat alles hem zo hoog dat hij een ‘Zwartboek Uitgeverijen’ schreef. Geen gefantaseerd verhaal, maar het ware relaas van zijn ‘kalvarietocht langs de uitgeverijen’. Korte tijd later werd het Zwartboek Uitgeverijen op de markt gebracht. Het liet heel wat stof opwaaien en tot op de dag van vandaag vindt Guy de kern van zijn aanklacht terecht. Gelukkig is er intussen voor jonge auteurs veel veranderd. Dat blijkt overduidelijk uit het feit dat er in 1985 (het jaar dat het zwartboek werd uitgegeven) slechts drie auteurs waren die voor het eerst een boek publiceerden. Het jaar nadien waren dat er 37…
Na het ‘Zwartboek Uitgeverijen’ publiceerde Guy bij de beginnende uitgeverij Nioba drie boeken, alle voor volwassenen: de roman Zuster Virginia, de verhalenbundel Veronica en het toneelstuk Geelzucht.. Toen echter bleek dat de uitgeverij niet betaalde, stond hij opnieuw met zijn rug tegen de muur. Wat moest hij nu beginnen? Na het Zwartboek Uitgeverijen waren de meeste uitgevers van volwassen boeken zo boos dat hij niet meer bij hen hoefde aan te kloppen...
Op aanraden van vriend en collega-schrijver Patrick Bernauw maakte hij een ommezwaai. Hij begon jeugdboeken, toneel, hoorspelen en scenario's te schrijven.
In deze bron komen duidelijk de verschillende keuzes die Guy heeft gemaakt (brandweer of schrijver). Ook dat hij steeds weer het schijven oppakt, en er toch mee door wil gaan. Dat hij vele tegenslagen heeft gehad in ‘de wereld van het schrijven’ is wel duidelijk. In het boek komt dit ook terug, het zijn niet altijd vrolijke dingen die er in het verhaal gebeuren.
Maak jouw eigen website met JouwWeb